“Oh, wat een goeie, zeg.” Bewonderend reageerde een passant op een zanger die op de markt bij de Stopera ingang stond, begeleid door cello, gitaar en drums. Op hoge toon stootte hij langgerekte jammerklanken uit in iets wat op Arabisch leek. Het klonk alsof hij ieder moment vol zelfbeklag in de Amstel zou duiken om zelfmoord te plegen.
Bij de omstanders stond een mij bekende travestiet, nu incognito, in zijn dagelijkse kloffie, een zachtroze jasje met eronder een rijkelijk met felle kleuren versierd overhemd en een witte broek. Hij had nog wel eyeliner op, maar meer niet.
Hij was op de markt om te zoeken naar excentrieke kleding voor zijn travestie alter ego .
Nieuwe combinaties om zijn show op te pimpen. De gekste dingen vond hij hier, al jaren.
Je zou zijn kledingkast eens moeten zien, want weggooien? No way Jose.
Voor artiesten zoals hij was de afgelopen anderhalf jaar een nachtmerrie geweest zonder optredens, maar nu zat hij weer vol met nieuwe plannen. Hij ging zijn act radicaal omgooien, hij ging niet meer van die geijkte afgezaagde travo nummers doen, maar Janis Joplin, Aretha Franklin en Iggy Pop. En blues. Willy Dixon. Samen met zijn partner waren ze bezig met het opnemen van een gloednieuwe cd. Alleen maar blues.
Dat zou de travowereld nog eens een nieuwe impuls geven. Hij ging ze een poeppie laten ruiken.
Mijn gedachten dwaalden af naar jaren geleden, toen ik samen met een cameraman in een kleedkamer vol travestieten zat in een piepklein theatertje op de Wallen. Met namen als Molly Strychnine, Coco Coquette, Vera Springveer, Hellun Zelluf en Dolly Bellefleur. We hadden daar wat opnames gemaakt voor Salto tv. Aan het eind van de avond werd mijn cameraman door zijn toenmalige vriendin opgehaald. Toen deze dame de kleedkamer betrad was het in een klap stil, tot een van de travestieten riep: “Oh, wat een goeie, zeg”.
Ze moest ervan blozen.
Het is maar dat U het weet.
* Laatste revisie op 17 juni 2021 door Redactie AC
als je niet wilt besluiten met een beschrijving van de dame in kwestie had ik op zijn minst een plaatje verwacht. Nu is het veel gepraat, maar waar gaat het eigenlijk over?
Rob, schrijf nou eens iets over je tijd bij Rabotnik… Dit is weer zo’n halfzacht verhaaltje zonder clou..
dit gaat over mijn tijd bij de staatstv, en ik ben inderdaad een beetje een halfzachte
Of over je tijd bij het Vreemdelingenlegioen!
Kijk daar zijn we nieuwsgierig naar!
Persoonlijk vind ik dit helemaal geen slecht stuk. Moet een sfeerbeeld altijd een clou of een motief hebben?
Nu die bloedirritante uitsmijter aan het eind nog achterwege laten, dan gaan we echt de goeie kant op.