Regelmatig bezoek ik het Amstelland Ziekenhuis in Amstelveen om iemand weg te brengen en weer op te halen. In de tussentijd wacht ik meestal in het kleine restaurant. De gevulde koeken zijn daar goed.
Terwijl ik daar zit neem ik alles in ogenschouw en denk ik na over de corona-crisis. Want in het licht van dit virus is een ziekenhuis een uiterst kwetsbare omgeving, waar je volgens mij makkelijk een rondvliegend coronaatje oploopt.
Smetvrees
Bij binnenkomst in het ziekenhuis stuit ik op een paal met een ‘hand sanitizer’, een soort flacon met ontsmettingsalcohol en een beugel om met de arm de vloeistof te ejaculeren.
Het ding hing er een beetje gammel bij en was ook wel enigszins uitgeput, zijn ejaculaat hield niet over. De meeste bezoekers liepen er trouwens gewoon langs. Ik gebruikte hem dus wél, maar sindsdien loop ik permanent met het gevoel dat ik vieze handen heb. Ik kan aan niets anders meer denken. Hand sanitizer zorgt voor smetvrees.
Corona trefpunt
Ik haal in het restaurant een kop thee en een gevulde koek. De koek zit in een open zakje. Zelfbediening: koek plus corona.
Ik bedenk dat een ziekenhuis een echt corona-trefpunt is, een jamboree voor risicogroepen. Van de velen die langs schuifelen ziet de één er nog kwetsbaarder uit dan de ander. Gek dat al die poliklinieken nog niet gesloten zijn. Volgens mij kunnen de meeste mensen best een paar weken overslaan.
Scheldwoorden
Ik mijmerde verder over corona. Liep ik hier zelf niet teveel risico? Ik verdrong deze gedachte met het baldadige idee dat corona een woord is dat zich in allerlei samenstellingen leuk laat combineren. Zo houd je het toch nog een beetje luchtig. Ik beschreef al eens de volle bus, de coronabus. Te variëren met de coronatram en de coronametro. Maar echt geinig wordt het pas bij de scheldwoorden: “Jij vuile coronalijer!”
Of: “Vieze coronakut!” En: “Met je stomme coronakop!”
Sorry voor dit grove taalgebruik. Maar let maar op, deze neologismen gaan we over enige tijd tegenkomen.
De economie
In het uurtje dat ik in het restaurant zat, zijn de tafeltjes niet één keer afgelapt. De mensen staan nog niet met 1 meter tussenruimte in de rij. Het is nog wennen allemaal. De meeste evenementen zijn afgelast. Ongetwijfeld moeten die in een later stadium worden ingehaald. De straten worden stiller.
Het eeuwige belang van de economie staat nu op de achtergrond, maar mark my words: daar gaan we in de toekomst weer dubbel en dwars voor dokken. Hogere prijzen, hogere belastingen. Weg met het klimaat en het milieu, die luxe kunnen we ons even niet permitteren. De economische groei moet weer boven de twee procent komen. De meeste mensen zullen blij zijn als ze hun aandacht daar weer op kunnen richten.
Volkslied
Uit Italië komen beelden dat mensen in hun tuin of op hun balkon met elkaar het volkslied gaan staan zingen. Dat zie ik mezelf nog niet doen. Ik vrees ook dat zo’n initiatief in mijn buurt weinig weerklank zal vinden. Zodra iets dergelijks gebeurt weten we: de apocalyps is nu écht aanstaande. Nederlanders zijn niet meer gewend hoe het is om door een levensbedreigende crisis te gaan.
Cubacrisis
De laatste keer dat voor mijn gevoel het voortbestaan van de mensheid op het spel stond was tijdens de Cuba-crisis in 1962. De Russen wilden kernkoppen plaatsen op Cuba, de Amerikanen verhinderden dat met een blokkade. Het kwam bijna tot een kernoorlog.
Als 12-jarig jongetje stond ik op vrijdagavond 26 oktober 1962 met vriend Sjoerd op het opgespoten land dat later het Rembrandtpark in Amsterdam Nieuw-West zou worden. Het was al donker en droefgeestig staarden we in de richting van de brandende lantaarns aan de Postjesweg. Doordrongen van het zorgwekkende nieuws, vroegen wij ons af of we morgen nog zouden leven. Of we überhaupt de kans kregen volwassen te worden. Gelukkig haalden de Russen bakzeil.
Houd het coronaverhaal dus een beetje luchtig tegenover de kinderen. We willen ze niet opzadelen met een corona-trauma. Ik moet alleen nog even bedenken hoe ik al die lege straten uitleg…
Update: Vanaf 16 maart gaan alle scholen en café’s drie weken dicht.
Update 16 maart: Gevaar geweken. Restaurant is dicht en afspraken alleen telefonisch.
Ook gepubliceerd op het blog van de auteur.
* Laatste revisie op 16 maart 2020 door Redactie AC
Helemaal waar, Arnoud. Zo was ik anderhalve week geleden met iemand mee naar het Boven-IJ Ziekenhuis en zat in de wachtkamer van het bloedpriklab. De stoeltjes stonden (en staan waarschijnlijk nog steeds) stijf naast elkaar en met de rugleuningen tegen elkaar aan. En we zaten daar niet eventjes, want het was druk en ze waren maar met z’n tweeën aan het prikken. Dat uitgerekend onze ziekenhuizen zo slecht nadenken over dit soort zaken, is best bizar te noemen.